Na de Japanse invasie van het Chinese Mantsjoerije in 1937, lopen de spanningen in heel China hoog op. Te midden daarvan is de jonge Britse journalist George Hogg (Jonathan Rhys Meyers) op zoek naar primeurs en spannend nieuws. De ernst van de oorlog dringt pas tot hem door als hij getuige is van een brute moordpartij. Geschokt door deze ervaring laat hij zich door guerrillastrijder Chen (Chow Yun-Fat) naar een veiliger regio brengen. Daar krijgt hij ongevraagd de leiding over een jongensweeshuis, een lastige taak vanwege zijn gebrekkige kennis van de Chinese taal en cultuur. Gelukkig krijgt hij hulp van de stoere Australische verpleegster Lee Pearson (Radha Mitchell) en sluit hij vriendschap met lokale handelaarster Mrs. Wang (Michelle Yeoh). Uiteindelijk lukt het hem langzaam maar zeker een sterke band met de jongens op te bouwen.
Als in ’44 de oorlog het weeshuis erg dicht begint te naderen, organiseert Hogg samen met Lee en Chen een enorme voettocht dwars door China om de zestig weesjongens in veiligheid te brengen. Ze trotseren de koude winter om dwars door de woestijn de veilige tempels van Shandan te bereiken. De tocht, onlangs door ‘The Times’ omschreven als ‘The long march of a forgotten English hero’, is gebaseerd op waargebeurde feiten.